Verdriet en ellende van de oorlog
auteur: Ruud Kamphoven
geplaatst in: Brabants Dagblad/Eindhovens Dagblad, 16 maart 1995
Recensie: 'Het dagboek van Anne Frank', vertaling en
bewerking Mies Bouhuys, regie Arda Brokmann; mmv Cleo Dankert,
Boudewijn de Groot, José de Ruiter e.v.a.,
dinsdag en woensdag in Schouwburg Tilburg, 20.15 uur
Na ruim tien jaar is Anne Frank weer op de planken als
toneelvoorstelling. Dat stuk kan alleen al vanwege de
onderliggende boodschap niet genoeg gespeeld worden. De manier
waarop verdriet en ellende van de oorlog via het dagboek van
een 13-jarige op één plek samengebald worden,
maakt dit stuk ongelooflijk indringend. Mooi, emotioneel, maar
ook bitter hard.
ien jaar geleden maakten vooral Jeroen Krabbé en
Jip Wijngaarden als Otto Frank en Anne er een indrukwekkende
voorstelling van. De vernieuwde uitvoering van nu, met
Boudewijn de Groot en Cleo Dankert in dezelfde rollen, doet
daarvoor niet onder. Maar van een echt nieuwe versie is geen
sprake. De manier waarop het uitgevoerd wordt, is klassiek.
Dat kan ook niet anders want de uitvoering is aan bijzonder
strenge voorwaarden gebonden. Daarin zijn weinig mogelijkheden
voor vernieuwing te vinden en dat levert dus enigszins
clichámatig toneel op, in een wat voorspelbaar decor
waarin Het Achterhuis is nagebouwd.
Onderduiken
De tekst is door Mies Bouhuys wel aangepast aan nieuwe
vondsten over de familie en vrienden van Frank. Het stuk is
daardoor langer maar niet beter. Sommige scenes verlopen wat
traag, doen wat saai aan.
Het stuk begint met een korte inleiding waarin vader
Frank dagboekfragmenten voorleest. Daarna gaan we terug naar
1942, het jaar waarin de families Frank en Van Daan in Het
Achterhuis onderduiken. In dat Achterhuis leven de mensen
onder zware druk. Absolute stilte. Geen kraan mag lopen, de wc
mag niet doorgetrokken worden, lopen moet op kousevoeten,
praten wordt fluisteren, gebaren. Als het kantoor beneden om
zes uur dicht gaat en iedereen weg is, barst Anne los. De
spanning valt weg, voor een paar uur. Toch blijft het
oppassen, want er kan van alles gebeuren. Zoals de inbreker
beneden, zoals de telefoon die een paar keer achter elkaar
blijft rinkelen. Spaarzaam dringt het nieuws van buiten door
via Miep Gies en meneer Kraler die de onderduikers van voedsel
voorzien. Hou dat maar eens twee jaar vol, als kind, als
volwassene. De spanningen lopen dan ook hoog op, al wordt
ruzie dan ook al snel 'discussie' genoemd.
Stemmingen
De ontwikkeling van Anne gaat door, van een vrolijke maar
dwarse puber tot een vroegrijp meisje dat steun zoekt bij haar
vader en bij de enige jongen in huis, Peter. Die romance wordt
wreed verstoord als Het Achterhuis als onderduikadres verraden
wordt. 'Aufmachen!' Als alle onderduikers dan een voor een in
het spotlicht treden en vertellen wat er verder met hen
gebeurd is, maakt spanning plaats voor emotie. Anne is de
laatste die haar dood bekendmaakt. Dan blijft het stil in de
zaal.
Regisseur Arda Brokmann heeft haar spelers tot het
uiterste aangezet om de nieuwe tekst zo indringend mogelijk te
brengen. Dat is wat Cleo Dankert betreft uitstekend gelukt; ze
speelt heel naturel de rol van Anne, speels, vrolijk,
verdrietig, vol emoties, vol stemmingen die een meisje op die
leeftijd meemaakt. Boudewijn de Groot is als Otto Frank wat
vlak in zijn spel. Hij is niet de krachtige figuur die in Het
Achterhuis de leiding moet hebben, maar komt vooral in de
'kleinere' spelmomenten heel goed over.
De ondersteunende muziek van het Paleis van Boem is
duidelijk aanwezig maar nergens opdringerig.
Spanningen
Naarmate het stuk vordert, schuiven de zijstukken in het decor
naar elkaar toe zoals ook in de muziekvoorstelling Je Anne van
het Koninklijk Ballet van Vlaanderen. De speelruimte voor de
onderduikers wordt erg klein. Heeft de inbreker iets gehoord?
Wat weet een van de kantoormensen beneden nou wel of niet? Wie
belde er zo lang? Een valstrik? De onzekerheid wordt groter,
spanningen lopen op. Tot de dag dat de Duitsers komen. Had
Anne een voorgevoel? "Ik zie hoe de wereld langzaamaan in een
woestijn herschapen wordt, ik hoor steeds harder de
aanrollende donder die ook ons zal doden, ik voel het leed van
miljoenen mensen mee, en toch, als ik naar de hemel kijk, denk
ik dat dit alles zich weer ten goede zal wenden, dat ook deze
wreedheid zal ophouden en vrede in de wereldorde zal komen,"
schreef ze op 15 juli 1945. Op 4 augustus vallen een Duitse
politieman en vier Nederlandse nazi's Het Achterhuis binnen.