'Ik heb echt plezier gekregen in het schrijven van liedteksten'

auteur: Peter Bruyn, foto: Lex van Rossen/GPD
geplaatst in: Parool (Cultuur), zaterdag 20 januari 2007

Boudewijn de Groot heeft een nieuwe plaat. Minder dan drie jaar na zijn vorige album. Dat is extreem snel voor de troubadour uit heemstede. Hij moet het nu definitief zonder zijn favoriete tekstschrijver Lennaert Nijgh doen. Hij schrijft zelf teksten. 'Het is nu méér dan een uitdaging.'

Boudewijn de Groot denkt even na en besluit zijn plotselinge productiviteit dan maar 'een soort natuurlijke muzikale spijsvertering te noemen. "Er wil van alles buiten." Op zijn vorige album, Het eiland in de verte uit 2004, zong hij zijn kort daarvoor overleden tekstdichter Lennaert Nijgh nog toe: Nu jij niet meer kan schrijven moet ik het zelf proberen. Hij hield woord en minder dan drie jaar later is er een nieuwe plaat: Lage Landen. Extreem snel voor zijn doen.
"Dat was een heel serieuze belofte in dat lied," zegt De Groot. "En nu heb ik dus zes teksten geschreven waar ik heel blij mee ben. Het is ondertussen ook méér dan een uitdaging. Ik heb er echt plezier in gekregen."
Veertig jaar na de inmiddels klassieke Nederlandse popsongs en chansons als Meisje van zestien, Verdronken vlinder, Testament en Land van Maas en Waal is Boudewijn de Groot niet alleen zeer actief hij blijft ook aan de top van de liedcultuur staan zonder enige concessie te hoeven doen aan het amusementscircuit. Met Lage Landen maakt De Groot op zijn tweeënzestigste nog altijd een kwaliteitsplaat die het oppervlakkige gewauwel van de meeste Nederlandstalige pop moeiteloos ontstijgt.
Behalve zijn nieuwe liedjes en een paar onaffe stukken van Lennaert die hij voltooide, zingt Boudewijn ook teksten van Freek de Jonge, Willem Wilmink en Jack Poels van Rowwen Hèze. In muzikaal opzicht klinkt vooral het begin van de plaat anders dan voorheen. Lichtvoetiger. Minder pretentieuze, bijna Americana-achtige arrangementen. Een beetje zoals Bob Dylan op diens meest recente albums.
Hij heeft de opnamen allemaal met zijn vaste liveband gemaakt. Muzikanten waar hij al jaren mee werkt. In amper een week was het gepiept. Razendsnel voor de doorgaans notoire controlfreak.
De opbouw van Lage Landen is opmerkelijk. Eigenlijk valt het album in drie thematische blokken van drie of vier liedjes uiteen, waarbij de keuze van de verbindende nummers weer subtiele bruggen slaat. De cd begint met drie lange songs die je muzikaal als regelrechte 'Americana' kunt omschrijven en waarin de ik-figuur tevergeefs op zoek is naar God, naar de hemel en in zekere zin ook op weg naar de dood. Knappe teksten - de eerste twee van Boudewijn, de derde van Freek de Jonge. Een inhoudelijk 'statement' om daarmee te openen? De Groots reactie is ontnuchterend: Bij het begin van een album is men doorgaans meer bereid om naar lange lappen tekst te luisteren. En deze teksten zijn lang.

De drie liedjes worden gevolgd door een door Boudewijn afgemaakte nagelaten tekst van Lennaert Nijgh, Het jagen voorbij. Een schitterend klassiek De Groot & Nijgh-liedje, dat volgens Boudewijn ook al de naderende dood aankondigt. "Lennaert was op het laatst weer eens hopeloos verliefd, maar hij voelde dat het najagen daarvan een nodeloze bezigheid was. Die houding heb je niet als je ervan overtuigd bent dat je nog twintig jaar te leven hebt. Hij voelde echt dat dat einde er aan zat te komen."

'LENNAERT VOELDE ECHT DAT HET EINDE ERAAN KWAM'

Het jagen voorbij slaat de brug naar drie intiemere, persoonlijker liedjes over de relatie tussen mensen. Vervolgens slaat de stemming om en wordt de blik weer naar buiten, naar de wereld gericht in Spelende meisjes, een optimistische tekst van Willem Wilmink. Even later keert het tij in het door hemzelf geschreven titellied van de plaat. Donkere wolken die de stilte voor de storm symboliseren en Neerlands bloed dat steeds vaker vloeit in wat toch eens het land van melk en honing leek. Het album sluit af met twee weer door Boudewijn voltooide Nijgh-teksten over de wereld dicht bij huis.

NEE, HET was geen moment zijn idee om met de openingsliedjes over de vergeefse zoektocht naar God in te spelen op maatschappelijke kwesties als de zinloze tegenstelling tussen christendom en islam, benadrukt De Groot. "Het is op geen enkele wijze een filosofische of religieuze uiting. Je moet het puur anekdotisch zien. Je kent dat wel: zo'n cartoon waarbij iemand aan de hemelpoort klopt, waarna Petrus open doet en zegt 'God? Nooit van gehoord!"
Ook het doemscenario in Lage Landen mag niet in het verlengde daarvan worden geïnterpreteerd. "Dat gaat veel meer over zinloos geweld in het algemeen. De toenemende agressiviteit die ontstaat in een land waar mensen te dicht op elkaar leven."
Er is een onmiskenbaar verschil in sfeer tussen zijn eigen teksten, die van Freek en die van Nijgh. Lennaert kon als geen ander op een weemoedige wijze somberen, terwijl er bij Boudewijn en Freek vaak een ander type relativering of zelfs een kwinkslag insluipt.
De zanger knikt en zegt: "Maar ik probeer juist bij Freek die humor waar hij steeds mee komt, wat te beperken. En ook in de teksten van Lennaert zat wel humor, al was dat vaak wat subtieler verborgen. Denk aan iets als Canzone 4711 dat hij schreef voor het Picknick-album. Maar waar Lennaert een absolute meester in was, was het tobberig en tegelijk lyrisch schrijven. Daarbij ligt het spook van de smartlap namelijk altijd op de loer en daar moetje verre van blijven. Lennaert slaagde daarin. Als Freek of ik tobberig gaan schrijven dan kom je waarschijnlijk al snel véél dichter bij die smartlap uit."
Er komen nog altijd veel jonge mensen naar z'n concerten, vooral aangetrokken door z'n vroege liedjes, die hij componeerde en op de plaat zette toen hij zo oud was als zij nu. Hij heeft er ook geen enkel probleem mee om die klassiekers te blijven zingen. "Ik vind het nog steeds leuk. Veel van die nummers zijn niet gedateerd en kunnen er kwalitatief mee door. Ik werk deels met jongere musici, die die liedjes weer een nieuwe impuls kunnen geven. En ten slotte is het zinvol omdat ik toch een hele avond moet vullen. En dat lukt niet met alleen maar nieuw repertoire."

'HET SPOOK VAN DE SMARTLAP LIGT ALTIJD OP DE LOER'

Dat nieuwe repertoire wordt tegenwoordig echter wel in rap tempo geschreven. De Groot zegt dat het hem niet zou verbazen als er binnen twee jaar wederom een nieuw album verschijnt. Op nog meer nagelaten teksten van Lennaert Nijgh hoeft echter niet meer te worden gerekend. "Ik heb nu alleen nog een paar sonnetten van hem uit dezelfde cyclus als die ik al gebruikt heb. Maar toch van mindere kwaliteit. Niet goed genoeg om een.liedje van te maken, eigenlijk. Het is hooguit interessant om met al die sonnetten samen nog eens iets te doen. Maar dan in besloten kring, voor de echte Nijgh-liefhebbers. Niet voor mijn albums."

Boudewijn de Groot toert binnenkort door het land. Za 3/2 Schouwburg Amstelveen; wo 14/2 in De Meervaart.


Omhoog
Terug