'Nu jij niet meer kunt schrijven, moet ik het zelf maar leren', zingt Boudewijn de
Groot in 'De blauwe uren'. Zijn nieuwe album, het eerste sinds 1996, staat in het teken
van het heengaan (2002) van Lennaert Nijgh, met wie hij zoveel successen had.
Toch leverde de Haarlemmer nog acht van de vijftien teksten. Andere bijdragen komen van
Marcel Verreck, Jan Rot en Freek de Jonge. De laatste tekende onder meer voor het juweel
'De vondeling van Ameland' dat op single is uitgebracht. De Groot zelf verzon alle
melodieën en hoeft als beginnend tekstdichter niet te wanhopen, gezien zijn woorden
in 'Op weg naar mijn lief'.
Dit jaar wordt de man met de tedere zangstem zestig jaar en viert hij zijn veertigjarig
artiestenjubileum. Deze cd bewijst dat hij nog wat te melden heeft. Zeker met deze
tekstdichters, maar ook in muzikaal opzicht.
Met onder meer zijn zoon Marcel, alle leden van Doe Maar en Frank Boeijen wordt fraaie
muziek gemaakt. Die overigens op dit weemoedig gestemde album meer aanvoelt als kleinkunst
dan als popmuziek.
|
|