over vrouw en kinderen, verlegenheid, zijn nieuwe plaat, vroeger en nu

Een soort gehechtheid

auteur: Marianne de Groot. Foto's: Reinier Gerritsen.
geplaatst in: Libelle nr 5, 1 februari 1980

'Een soort gehechtheid tussen Alma en mij, Jimmy en mij ,de andere twee kinderen en mij'
(Boudewijn de Groot over vrouw en kinderen, verlegenheid, zijn nieuwe plaat, vroeger en nu)

Niet dat hij de laatste jaren niets heeft gedaan (zijn vorige LP heette "Waar ik woon en wie ik ben") - Boudewijn de Groot staat niet meer zo midden in de belangstelling als in de tijd van "De eeuwige soldaat", "Welterusten, meneer de president", "Testament", "Land van Maas en Waal".
Nu is er een nieuwe plaat van Boudewijn, waaraan, net als vroeger, Lennaert Nijgh meewerkte.
Boudewijn de Groot: zijn naam heeft nog altijd een magische klank, ook voor Marianne de Groot, die hem opzocht en met hem sprak.

Lichte ogen - ik weet niet welke kleur; wisselend - zwart lang haar met wat grijs erdoor, een vrij mager gezicht. En ik vind hem móói. Boudewijn de Groot (35) is uiterlijk met eens zo gek veel veranderd sinds de jaren van "Testament" en "Beneden alle peil'. Er is nog meer hetzelfde gebleven… Op het grote podium van het Casino in Oostende zingt hij - met nonchalant gemak z'n publiek hanterend - opnieuw die nummers van vroeger. Waanzinnig succes bij de (voornamelijk) piepjonge mensen in de zaal. Applaus, gejuich, een uitgelaten polonaise tijdens toegift "Land van Mass en Waal".
Dezelfde Boudewijn de Groot zei in 1969: "Ik heb geen zin meer in die muziek; in die Nederlandstalige liedjes. Ik wil andere dingen gaan doen."
"Ja, maar die dingen, zingen in 't Engels bijvoorbeeld, kwamen niet over.
Dat idee ontstond ook niet echt bij mij van binnenuit. Het was meer een soort afreageren op wat ik daarvoor deed dan iets nieuws dat naar boven kwam."
Nu, in 1980, is er een nieuwe elpee van Boudewijn de Groot: Geen Carnaval; met alleen maar nummers in het Nederlands, met -zoals vanouds - een aantal teksten van Lennaert Nijgh. Hij heeft net een succesvolle tournee achter de rug door Nederland en België.
Boudewijn is terug. Alsof bij nooit is weggeweest.

In 1969 was Boudewijn de Groot getrouwd met Anneke. Twee kinderen : Marcel en Caya. Alles zoals het hoorde. Toen hij in het Provo/ Hitweek milieu terechtkwam werd dat doorbroken. Kreeg hij andere ideeën.
Boudewijn: ogen soms op mij gericht, dan weer afdwalend: "Eigenlijk kan je niet eens zeggen: doorbroken. Want voor die tijd had ik helemaal niet zozeer ideeën over wat dan ook. Ik liet me meer meeslepen door bepaalde situaties, zonder dat ik me afvroeg wat ik nou eigenlijk het liefste deed. Op een gegeven moment ben ik toen alles op een rijtje gaan zetten. Me af gaan vragen: waar ben ik mee bezig? Wat wil ik nou? Wat is er verkeerd aan de toestand waar ik nu in zit? En hoe moet het dan wél? Ik heb daarvan de consequenties genomen. Ik heb een streep gezet onder dat huwelijk, zoals ik op dat moment een streep zette onder alles waar ik mee bezig was. Zelfs mijn kinderen waren geen enkele overweging. Ik wilde zo ontzettend graag weg van alles, dat de kinderen een beetje op hetzelfde plan gezet werden als de rest van de dingen waar ik afstand van wilde nemen.

"Je weet niet wat daarná moet komen."

"Het was te rigoureus. In het Nederlands zingen wilde ik niet meer.
En ik heb zelfs een tijd gedacht dat ik maar helemaal die muziek uit moest gaan. Die streep daaronder was echt heel dik en stevig en doelbewust, maar niet zozeer verantwoord en overdacht. Daar ben ik ook op teruggekomen. Andere beslissingen heb ik gehandhaafd, zoals het kappen van dat huwelijk."
Toch kwam je vooral daarna in een warrige, vage periode terecht...

"Dat was niet zo verwonderlijk. Je zet ergens een streep onder en je weet wat er daarna moet komen. Je weet alleen wat je niet wilt. En nieuwe dingen... Ik had geen duidelijke standpunten of ideeën. Ik liet het allemaal maar over me komen. Vaag. Volslagen chaotisch. Ik heb een tijdje rondgezworven in België. Ik deed niks. Trad niet op. Van het laatste geld dat ik had, heb ik een boerderij in Drente gekocht om te kijken of ik daar met een aantal jongens iets nieuws kon beginnen. Het was een bijzonder strenge winter die erg lang duurde. We zaten daar van God en iedereen verlaten en brachten de tijd voornamelijk door met roken en het praten over vaagheden als Het Hogere. We leefden er voornamelijk op mijn kosten dus het geld vloog erdoorheen. Ik ben nu eenmaal toch materialistisch ingesteld, dus toen ik dat allemaal zag verdwijnen zonder dat er iets goeds voor in de plaats kwam, raakte ik daar totaal overstuur van. Het was ook stom.
Ik had mezelf niet de gelegenheid gegeven om tot rust te komen. Had onmiddellijk die mensen bij elkaar gezocht om iets nieuws te beginnen zonder dat ik zelf wist wát voor nieuws. Ik kon ze niets bieden. Het was allemaal veel te vaag.

"Ik werd meegesleept van de ene emotie naar de andere"

En zij konden mij, behalve de nodige hasj en meditatie, ook niets bieden. Ze maakten wél duchtig gebruik van de materiële mogelijkheden die ik ze gaf, een aardig dak boven hun hoofd, eten op tafel... Nou, dat begon me behoorlijk op te breken en op een gegeven moment hebben we gezegd: ,Laten we er maar mee ophouden'. Toen is iedereen weggegaan."
"En daar zat ik dan, zeer gefrusstreerd in mijn eentje op die boerderij. Toen kwam ik ook een beetje tot rust. Alma - die kende ik al een tijd - heb ik min of meer opgescheept met die frustraties van me. Om iets van houvast en zekerheid te vinden ben ik naar haar toegegaan, omdat zij op dat moment ongeveer de enige was van wie ik het idee had dat ik daar iets van rust zou kunnen vinden. Zij heeft uiteraard nog een tijdje moeten leven met dat onzekere en niet te vertrouwen gedrag dat ik op dat moment aan de dag legde en daar is ze heel rustig onder gebleven. En dat vónd ik...! Daar heb ik erg veel aan gehad. Ze is bij mij op de boerderij gekomen. Vrij snel daarna zijn we naar Amsterdam teruggegaan en getrouwd. Het was 1970. Ik had niks meer. Geen geld. Ik werd producer bij Phonogram, want ik wilde nog steeds niet zelf muziek maken. Niet optreden. Geen platen maken. Maar eenmaal in die platenwereld, begon toch weer dat gevoel te komen: ik wil zelf graag iets doen. Toen heb ik mij door diverse mensen laten overtuigen dat dat dan in het Nederlands moest. En dat werd de elpee ,Hoe sterk is de eenzame fietser' (1973) die - zeer verrassend - aansloeg."
Het zijn vaak andere mensen geweest die je meegesleept hebben, die je overtuigd hebben…
"Ja, ik heb me vrij sterk laten beïnvloeden door wat andere mensen zeiden en vonden. Ik had inderdaad een bijzonder zwak karakter in die tijd."
Meestal hou je je hele leven last van je karakter...
"Nou nee hoor."
Jij niet?
"Met je karakter heb je natuurlijk altijd te maken. Het punt was meer: Ik had er een totaal gebrek aan. Ik werd meegesleept van de ene emotie naar de andere. Ik deed wat ik wel leuk vond en waarvan ik dacht dat anderen het ook wel leuk vonden, zonder daar duidelijke ideeën over te hebben.
Iets dergelijks is ook gebeurd bij de elpee Picknick. Daar heb ik een bloedhekel aan. Omdat het een plaat is die helemaal met voorbedachte rade gemaakt is. Die bedacht was om een bepaald deel van het publiek - Hitweek - in te palmen. Een totaal oneerlijke plaat. Al heb ik het ontzettend leuk gevonden om hem indertijd te maken. Maar ik liet me toen heel duidelijk leiden door bepaalde - niet uitgesproken - wensen uit dat deel van het publiek.

"Daarom was ik ontzettend verlegen en schuw"
Waarom? Nou, dat waren de mensen met wie ik privé vaak optrok. En ze vonden mij misschien wel een aardige jongen, maar niemand vond mijn muziek mooi. Dat zat me ontzettend dwars. Daarom staan er dingen op Picknick die niet kloppen met mijzelf."
Ironisch. Soort glimlach, trekt een mondhoek omhoog: "Terwijl ik nú juist uit die kringen hoor: ,Ach ja, dat was toch mooi. Die plaat Voor de Overlevenden. Dat was wel een van je beste platen!' Nou dan klopt er iets niet."
Gebaar van: wat maakt het uit.
"Later is dat wel verbeterd. Dat karakter. Ik ben zekerder geworden."
Je laat je niet meer meeslepen?
"Nou, ik ben nog steeds slecht in het nemen van beslissingen, maar ik doe het wel. Ik dwing mezelf om beslissingen te nemen. Van het onzekere, verlegene van vroeger is niet meer veel te merken Rustig, vriendelijk, aardig zelfbewust, spottend. Af en toe lachen en volmaakt onverwacht persoonlijke vragen aan mij stellen. Ik word verlegen van hém…
Hoe is dat zelfvertrouwen zo gegroeid?
Dat is heel geleidelijk gegaan. Zoiets gebeurt niet van de ene op de andere dag. Wat geholpen heeft is het succes van ,De Eenzame Fietser'. Dat sterkt je toch in die beslissing om weer Nederlands te gaan zingen. Ik heb lange gesprekken gevoerd met mensen in wie ik vertrouwen had. Ook daardoor heb ik bepaalde zekerheden opgebouwd. Dan is er de situatie met Alma; en dat heeft me op een bepaalde manier gesteund in het opbouwen en in stand houden van relaties met meisjes en vrouwen..."
Legt uit: "Vroeger had ik een ontzettende schuwheid ten opzichte van meisjes. En dat kwam omdat ik elk contact baseerde op de vraag of ze wel of niet verliefd op me waren Ik had een heel simpel beeld van de relatie man-vrouw. Dat was in mijn ogen altijd een liefdesrelatie. Als ik dan aan een meisje merkte dat ze niet verliefd op me was, dan beschouwde ik dat als een volslagen afwijzing van mij. Daarom was ik ontzettend verlegen en schuw. Ik bouwde een soort verdediging op. Was dan òf heel onaardig tegen meisjes òf totaal verlegen. Andere keren gedroeg ik me weer totaal verschillend: als een pauw, als een haan, want ik moest zorgen dat ze verliefd op me werden. Dan was er pas een relatie. Negenennegentig van de honderd vrouwen werden natuurlijk niet verliefd op me, dus dat was een vreselijk frustrerende toestand.
Door Alma heb ik gemerkt wat een liefdesrelatie echt is en dat dat niet per se met alle vrouwen hoeft; dat er een andere relatie kan zijn. Ik ben me daar mee gaan bezighouden, we hebben er ook veel over gepraat. En dan ontdek je op zeker moment dat zo'n relatie een gewone menselijke relatie kan zijn, gebaseerd op karakter, op opvattingen en eigenzinnigheden van een ander mens. Het maakt natuurlijk verschil dat die andere mens een vrouw is;

Boudewijn de Groot: 'Ik heb toen 'n streep gezet onder alles waar ik mee bezig was

Boudewijn de Groot: 'Zelf heb ik ook teksten voor die nieuwe plaat geschreven'
maar het hoeft met met liefde te maken te hebben wat me altijd als een waas voor de ogen heeft gehangen."
Kijkt me vorsend aan gaat dan verder over verlegenheid: "Ik was vroeger sowieso verlegen in vreemd gezelschap. Dat is weggegaan toen ik zong en daar succes mee had. Dat heeft ervoor gezorgd dat ik me gemakkelijk in gezelschap heb leren bewegen."
Er zijn natuurlijk mensen die je benaderen alleen omdat je succes hebt...
"Daar hield ik me niet mee bezig. Ik vroeg me niet af wie me eerlijk benaderde en wie niet. Ik vond het belangrijk dat ik benaderd wèrd en dat ik geen angst hoefde te hebben om voor gek gezet te worden of afgewezen. Op het moment dat ik ging bekijken wat ik aan die mensen had, was het al zover dat ik me makkelijker in gezelschap bewoog. Bij stukjes en beetjes is het allemaal veranderd. Als ik vroeger praatte, lachte ik er altijd bij. Ook uit verlegenheid. Tot op een gegeven moment iemand tegen me zei: ,Ik weet nooit waar ik met jou aan toe ben. Je lacht altijd als je iets zegt.Hou toch es op met dat gelach. Die werd daar echt door geïrriteerd. Vanaf dat moment heb ik dat niet meer gedaan. Heel welbewust. Ook daardoor ben ik me zekerder gaan voelen.
Bij optredens was ik ook altijd vreselijk nerveus - nu alleen als er echt een grote groep kennissen in de zaal zit - en dat werd eveneens geleidelijk minder. En op een keer, ik trad op in een zaaltje in Den Haag, voelde ik opeens in een soort flits een gigantische zekerheid over me komen. Naar mijn gevoel kwam dat onmiddellijk over in hoe ik mijn repertoire bracht. Alle zenuwen en verlegenheid vielen opeens van me af. Dat heeft me toen geholpen om me ook buiten het podium zekerder te voelen."
Vertelt dat hij als kind ook in groepen vrienden schuw overkwam: "Ik was nooit echt populair. Ik had altijd wel een vriendenkring-daar wist ik me dan in te dringen -maar ik bleef een randfiguur. Ik ging ernaartoe en dan zat ik maar te zitten. Daardoor zag ik er misschien onbenaderbaar uit, want er kwam nooit iemand op me af om een praatje te maken. Ze zeiden weleens: ,Zeg jij ook es wat' of: ,Doe es mee'. Dan mompelde ik vaag iets. Ik was erg bang voor dat soort benaderingen. Het was ook niet interessant: zwijgzaam doen en dan af en toe vage, zogenaamd ingewikkelde theorieën spuien. Ik was veel te verlegen om met dat soort gepraat aan te komen. Ik zweeg of mompelde iets met een rood hoofd. Ik had sterk de indruk dat ik als schuw dier overkwam en dat werd ook wel bevestigd. Iedereen vond me verlegen. Alleen mijn moeder was ervan overtuigd dat ik een stil water met diepe gronden was. Voor mezelf wist ik dat, zó er diepe grond was, die toch aardig dichtgeslibd was."

"Ik probeer nu een soort gehechtheid te kweken."
En hoe dat nu kwam? Het had er zeker mee te maken dat ik me ontzettend slecht kon concentreren. Als je je niet kunt concentreren, kun je dingen ook niet verwerken en kun je er ook geen inzicht in krijgen, laat staan je een bepaalde mening vormen. Vooral in de hogere klassen op school was je vaak verplicht om een bepaalde mening te hebben en dan zat ik altijd goed fout. Uit mijn hoofd leren kon ik uitstekend, maar zodra het op inzichten aankwam was ik niet thuis.
In die situaties voelde ik me altijd heel vervelend. En ook buiten de school was dat het geval: als ik iets persoonlijks moest geven tegenover vrienden, kon ik dat niet. Het heeft echt oneindig lang geduurd voor ik dat wel kon. Ikdenk dat dat komt omdat ik met zo ben opgevoed. Ik ben niet opgevoed in gesprekken thuis en ik ben nooit zozeer ter verantwoording geroepen. Ik dacht wel altijd ontzettend veel na, maar dat bleef bij stemmingen, gevoelens; ik kon het niet formuleren als een mening. Ik was wat dat betreft totaal blank van binnen."
Alle ervaringen van de afgelopen jaren ... zijn die nou merkbaar in je nieuwe repertoire?
"Ja ach, ik heb wel het een en ander geleerd in die tijd en dat probeer ik ook te verwerken. Niet dat ik persoonlijke situaties in die muziek geef, maar wel bepaalde opvattingen ik heb een soort integriteit gekregen, loyaliteit, verantwoordelijkheid. En verantwoordelijkheid niet in die zin van een degelijk bestaan opbouwen zodat vrouw en kind (Jimmy van zeven) het materieel niet te moeilijk hebben. Maar ik probeer een soort gehechtheid te kweken tussen Alma en mij zodat er een vertrouwensbasis is. Dat vind ik belangrijker dan een pensioen over twintig jaar."

"Misschien komen Lennaert en ik weer dichter bij elkaar"

De laatste jaren heb je echt duidelijke beslissingen genomen. Je bent naar Amerika gegaan...
"Ja, daar heb ik in eerste instantie wat rondgekeken en daarna ben ik naar een school in Hollywood gegaan voor een muziekstudie. Ik wil meer filmmuziek gaan schrijven (deed hij voor de film 'n Tip van de sluier' die over een paar maanden gaat draaien) en ik wil beter in staat zijn om mijn eigen arrangementen te schrijven. Als dat zingen ophoudt, kan ik verder gaan met die muziek Daarom doe ik het. Die studie is nog niet af. Maar ik had geen geld meer en ik ga met een gezin ook geen illegaal werk aanpakken daar. Dat is me te link. Daar heb ik teveel gevoel voor verantwoordelijkheid voor. Ik ben teruggekomen omdat ik het gevoel had dat ik al heel lang niks gedaan had. Ik wilde ook graag weer iets doen, een nieuwe plaat maken... Over een tijdje wil ik wel weer terug naar Amerika om die studie af te sluiten.
Over de plaat ,Geen carnaval' die hij nu net gemaakt heeft: ,,Ik ben wel en tevreden totnogtoe (dat was halverwege de produktie). Het is heel verschillende muziek. Zo'n beetje van alles. Maar de liedjes hebben min of meer toevallig allemaal te maken met het begrip afstand: de afstand tussen twee mensen, iemand die terugkijkt iemand die in de toekomst kijkt. Dat kan met relaties te maken hebben; met reizen …
Zelf heb ik een paar teksten geschreven voor deze plaat, maar dat heeft me ontzettend veel tijd en moeite gekost en het zijn nog lang niet de beste teksten die ik ooit gezien heb. Dat lukt me nog steeds niet en dat vind ik behoorlijk vervelend.
Lennaert heeft vier teksten gemaakt voor deze plaat. We werken met elkaar, al is het niet zoals vroeger. Onze levensstijlen zijn van elkaar gaan verschillen. Er is niet zoveel meer dat parallel loopt. Daaroem gingen de teksten nu ook een stuk moeizamer, voor mij althans. Er is een tijd geweest dat we geen contact met elkaar hadden. Toen hadden we zulke verschillende interesses dat het geen nut meer had -zakelijk en emotioneel niet - om contact met elkaar te zoeken. Ik ben toch bij hem teruggekomen omdat ik meermalen het gevoel heb dat ik bij hem in prettig gezelschap ben. Het is wat oppervlakkiger in die zin dat er minder dingen zijn die we samen doen. Maar aan de andere kant is er een soort gevoelsmatige betrokkenheid bij elkaar. Het is niet als vroeger maar het is niet per se slechter. Misschien wat minder vruchtbaar, vooralsnog... Ik heb namelijk het gevoel dat ik weer een streep moet gaan zetten. Dit keer alleen op muzikaal gebied. Ik weet nog niet hoe dat zal uitpakken. Ik weet nog niet wat er boven en onder de streep terechtkomt. Dat gevoel: er moet wat veranderen is heel sterk. Het zou best kunnen dat van daaruit Lennaert en ik weer dichter bij elkaar komen te staan. 't Hoeft niet; maar de mogelijkheid zit er wel in."


Omhoog
Terug