Lintje voor Boudewijn de Groot en Lennaert Nijgh

auteur: Jan Kuys
geplaatst in: Haarlems Dagblad, vrijdag 30 april 1999

HAARLEM, 30 april - Een minutenlang durend applaus vult kort na het middaguur de statige ruimte van de Renaissancezaal in het Frans Halsmuseum. Het blije, waardering verkondigende handgeklap daalt neer over de hoofden van zanger/componist Boudewijn de Groot en tekstdichter Lennaert Nijgh. De troubadour en schrijver mogen zich vanwege hun verdiensten voor het Nederlandse lied sinds gistermiddag Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw noemen.

Mede dankzij de aanwezigheid van Cobi Schreijer overbrugt het applaus met gemak een periode van ruim dertig jaar. Een gedenkwaardige periode van het eerste optreden van Boudewijn de Groot tijdens de befaamde Cobi Schreijer-bijeenkomsten in - toen - folkcentrum De Waag tot de uitreiking gisteren van deze hoge koninklijke onderscheidingen. Een periode van het opstandige Welterusten, mijnheer de president tot voorbij Een nieuwe herfst, de negende cd van het unieke duo. Met alle wel en wee daartussen.
Het ’regelen’ van de onderscheiding heeft nogal wat voeten in aarde gehad. Het plan van Boudewijns echtgenote Anja valt bij de lokale bestuurderen in goede aarde, maar tussen droom en daad kunnen wetten in de weg staan. Het feit dat Lennaert in Haarlem woont en Boudewijn in Heemstede maakt het niet eenvoudig tot een gezamenlijke en gelijktijdige uitreiking van het lintje te komen. Dankzij de inspanningen van velen is het toch gelukt. Daarom kunnen burgemeester Nicolien van den Broek-Laman Trip van Heemstede en burgemeester Jaap Pop van Haarlem in een tweespraak, waar de oefening van afdruipt, hulde brengen aan de ridders van het Nederlandse lied.

De duo-presentatie van beide Eerste Burgers schetst de grote verdiensten van beide kunstenaars. Ze memoreren hoe Nijgh en De Groot al sinds hun schooltijd stoeien met teksten, met muziek, met vrouwen, met de wereld en met zichzelf. En signaleren dat de twee ook bij tijd en wijle zonder elkaar door het leven zijn getrokken. "Maar’’," zo weten burgemeester Nicolien en burgemeester Jaap, "ze zijn met de gouden kettingen van de muziek aan elkaar vastgeklonken’’.
Veel onverwoestbare nummers van weleer passeren de revue: Een meisje van 16, Het land van Maas en Waal, Meester Prikkebeen, Hoe sterk is de eenzame fietser. Als muzikale onderbreking van de samenspraak der burgemeesters stuurt pianist Jacob Klaasse flarden van de bekende melodieën de feestende Renaissancezaal in. De spontane neiging om mee te zingen moet worden onderdrukt.
Het zijn niet alleen de wonderschone liederen waarvoor de samenleving het duo dank wil zeggen. Pop meet Nijghs scheppende en vertalende activiteiten op het literaire vlak breed uit. Van den Broek maakt melding van De Groots successen als acteur, onder meer in Het dagboek van Anne Frank en in de musical Tsjechov, en als componist en vertaler. Sinds kort werken de twee weer intensief samen op muziekgebied, hetgeen heeft geresulteerd in onder meer het album De nieuwe herfst. Deze cd levert De Groot en Nijgh een plaats op in de ’Eregalerij Nederlandse Popmuziek’. Uit de hernieuwde samenwerking komt verder de 4cd-box Wonderkind aan het strand voort. Een nieuwe tournee van Boudewijn de Groot met uitverkochte zalen vol razend-enthousiaste fans bewijst hoe tijdsbestendig de muziek van De Groot/Nijgh is. "De meesters zijn terug en dat is bij uitstek een moment hen te danken. Dit is een moment van markering, want het sprookje gaat verder,’’" zegt Pop.
Noch De Groot noch Nijgh heeft moeite met maatschappelijke erkenning in de vorm van een lintje. Beiden zijn zeer vereerd met de eer, die hen te beurt valt. Ontroerd grijpen ze elkaar bij de hand op het moment dat het burgemeestersduo de ridderorde aankondigt.

Lennaert zit aanvankelijk strak van de zenuwen in zijn nette pak, maar ontspant zodra het eerbewijs hem is opgespeld. Wanneer Boudewijn de genodigden trots de onderscheiding wil tonen, stort het eerbewijs tegen de vlakte. Burgemeester Van den Broek moet haar werk overdoen. "Ook het opspelden van lintjes is een vak,’’" meldt Pop olijk. Het duo mag zich hullen in een gigantische oranje sjerp als symbool van een onbreekbare twee-eenheid.
Tijdens de naborrel in de prachtige, zonnige binnentuin van het museum brengt Boudewijn nog enige nuanceringen aan bij het verhaal van de burgemeesters. Zo is de ketting tussen hem en Nijgh niet van goud, maar van elastiek, vertelt hij. Vandaar ook dat beide jeugdvrienden elkaar een tijdje uit het oog zijn verloren, maar uiteindelijk toch weer bij elkaar zijn gekomen. Lennaert loopt intussen glunderend rond. Het feest is voor hem een volslagen verrassing en hij geniet met volle teugen. Al was het alleen maar omdat een tekstdichter niet zo vaak publiekelijk in het zonnetje wordt gezet. Het applaus klinkt nog heel lang na.


Omhoog
Terug