Leen uw oor aan Boudewijn de Groot

auteur: rnoud van Soest
geplaatst in: Amsterdams Stadsblad, 10 maart 1999

Na het Concertgebouw hoopt Boudewijn de Groot komende week ook Carré te vereren met een zevenmansband, die onder meer werk van zijn laatste cd zal spelen: 'Een nieuwe herfst.' Vanuit Haarlem geeft hij een korte toelichting.

IS ER VEEL verschil tussen optreden in de jaren zestig en optreden zoals u nu doet? BR> Het Nederlandse publiek komt niet alleen meer op Nederlandse liedjes af, het luistert nu ook naar wát er wordt gezongen. Vroeger kwamen de bezoekers vooral voor de hits. Toen ik in 1968 met een band het theater in ging, zat het weliswaar redelijk vol, omdat ik aantal hits had, maar de mensen waren behoorlijk ongeduldig, dus bij de minder bekende liedjes waren ze niet echt enthousiast."
"Vroeger moest je je liedjes ook inpakken, met sketches en conferences. Dat is nu anders. Mensen gaan weer naar het theater voor een programma dat puur uit liedjes bestaat. In België was dat altijd al zo, maar daar waren ze misschien al wat meer gewend aan Franse chansons. Ze zijn daar ook wat taalgerichter. Het is niet voor niets dat ze ons altijd met Tien voor Taal verslaan."
Na uitstapjes naar het toneel - hij zong en speelde in de musical Tsjechov en het toneelstuk Het Dagboek van Anne Frank - keerde Boudewijn de Groot drie jaar geleden met een eigen band terug naar het theater. En wat voor band! Zeven muzikanten, waaronder Ernst Jansz en Jan de Hont, begeleiden hem.
"Ja, het is een stevige band," beaamt De Groot. "Maar het zijn vooral mensen die aardig wat instrumenten voor hun rekening nemen. Mijn muziek gaat van jazz tot folk, en van klassiek tot pop. En met zo'n variëteit aan instrumenten benader je de arrangementen van de plaat het best. Bovendien zijn het stuk voor stuk enthousiaste muzikanten, die hun eigen ideeën inbrengen. Een nummer als De Reiziger wordt op de plaat met strijkers uitgevoerd, terwijl het in het theater bijna stevige rock & roll is geworden."
Is het de eerste keer dat u in Carré staat?
"Ja, dus het wordt spannend. Maar waar ik nog meer naar uitgekeken heb, was het optreden dat ik vorig jaar in het Concertgebouw heb gedaan. Daar heb ik in de jaren zestig veel nachtelijke popconcerten meegemaakt. En dan dacht ik altijd: Godver, daar wil ik ook wel eens staan. Dat doet je dus wel wat."


Omhoog
Terug