De zanger die zelf een liedje wil schrijven

De Ridder in het Land van Maas en Waal

auteur: Rolf Boost
geplaatst in: Algemeen Dagblad, 1967

Boudewijn de Groot, zanger, heeft deze week het bewijs gekregen van zijn commerciële capaciteiten.

De traditionele, zakelijke erkenning - een gouden plaat voor 'Land van Maas en Waal' - kreeg hij daar waar Maas, Waal en Merwede tezamen komen: slot Loevestein bij Gorinchem. Zijn platenmaatschappij Phonogram - de enige die nog grootscheepse stunts op zijn begroting heeft staan - bracht woensdagmiddag een publiciteitsleger van 120 man (uit Gorinchem gehaald met de Altena 2 op Loevestein in contact met de combinatie Boudewijn de Groot - mr. L.R.J. ridder van Rappard, burgemeester van Gorinchem en slotvoogd van Loevestein.

RAMSES
De gedachte aan een bokswedstrijd lijkt niet vreemd bij deze opzet. Het publiek wordt met port en sherry alvast voorverwarmd. Dan kondigt Rolf ten Kate - publiciteitsmaker voor Phonogram - met het hem eigen grote volume aan: "Boudewijn de Groot". Een matig applausje. Dan gaat Rolf ten Kate Ridder van Rappard halen. De ridder stevent op de ook al aanwezige, langharige Ramses Shaffy af en zegt: "U bent zeker het slachtoffer?"
Rolf ten Kate strijkt de zaak glad; de fotografen leggen de bedoelde ontmoeting gevoelig vast. De maaltijd staat klaar. Na een semi-historische dis, compleet met hellebaarden en Althenaesche vleischkruyden mette meiengroen ende swammen, begint Ridder van Rappard aan de redevoering, waarvoor iedereen is gekomen. Hij praat drie kwartier.

EMOTIONEEL
In het het begin wordt er nog gelachen. Hij is scherp, geestig en praat een prachtig Nederlands. De emotionaliteit wint het echter snel. Met overslaande stem zet bij zich af tegen vermeende wantoestanden, waarbij de cultuur herhaaldelijk in verband wordt gebracht met politie. Hij excuseert zijn uitweidingen aldus: "Stel je voor, ik heb door ziekte zeven weken mijn mond moeten houden, dan zal ik nu ook het woord voeren. Al het eten dat u nog krijgt, is toch al koud".
"Het verschil tussen een man als De Groot en mij is niet zo groot", zegt hij. Het waarom wil echter maar niet duidelijk worden. Over zichzelf: "Voor de buitenwacht ben ik niets anders dan een kuisheidsridder en een fatsoensrakker. Maar misschien gebruik ik wel een veel baardiger taal dan Van het Reve of Cremer.
Ridder van Rappard komt tot de conclusie dat hij al 28 jaar burgemeester is van Gorinchem - "En ze zouden me niet willen ruilen voor Van Hall". Dan wordt het drama compleet: "Wij behoren tot dezelfde tijd als u. Niemand kan mij het recht ontnemen mee te doen. Onze geest is gemeenschappelijk - we werken aan dezelfde opdracht. We zullen allemaal blootstaan aan onbarmhartigheid en onmenslievendheid van deze wereld".

STIL
HET FEEST van Ridder van Rappard, pardon van Boudewijn de Groot is afgelopen. De boot vaart terug naar Gorinchem, waar in een plaatselijk café Inter Milaan al aan het voetballen is. De stille Boudewijn is stil gebleven. Hij heeft alleen bedankt en een paar cadeautjes uitgedeeld .

Praten vindt hij - zelfs op een rustiger moment ergens in Amsterdam moeilijk: "Praten waarover? Wat ik wil? Wie ik ben? M'n liedjes? Het wordt zo zwart-wit en dat is het niet". Het is nog een overblijfsel uit zijn schuchtere periode, een jaar geleden.
Toen een afwerende jongen van 21 die alleen maar aandacht voor zijn liedjes had en het contact met het publiek tot het uiterste beperkte. Nu: een ras-echte amusementsartiest die bij het zingen van Land van Maas en Waal het publiek tot uitbundig handgeklap opzweept.
De langspeelplaat Voor de overlevenden van hem en tekstschrijver Lennaert Nijgh is al 25.000 maal verkocht. Het Land van Maas en Waal als single al meer dan honderdduizend maal. Alleen aan die twee platen heeft Boudewijn de Groot in een half jaar zeventigduizend gulden verdiend. Kortom, Boudewijn de Groot is Phonograms beste paard van stal.
- Voelt hij dat ook zo?

OPGEZWEEPT
Hij zegt: "Populariteit bedoel je? Nee, ik geloof niet dat ik daaraan toegeef, wel aan het zingen. Ik word door zo'n zaal enorm opgezweept. Je merkt dat je succes hebt, dat je de zaal meekrijgt. Die was natuurlijk al mee door het noemen van de naam Boudewijn de Groot. Maar ook een grote naam kan geweldig afgaan. Nee, als het lukt is zo'n optreden een enorme ervaring. Niet lang, een uur na afloop denk ik er nog over na hoe leuk het was. En dan ben ik het weer helemaal vergeten".
Boudewijn de Groot is een nuchter genieter: "Door al die populariteit kijk ik finaal heen. Het houdt niks in. Ik denk wel eens in zo'n zaal: als ik over een jaar hier sta, klapt er niemand meer. Maar als ze klappen op het moment dat de artiest daar staat, dan menen ze het wel; natuurlijk, ze worden door elkaar wel opgejut - maar het klinkt in ieder geval wel spontaan. Nee, ik geloof niet dat populairiteit zo onecht is en zo miezig".
- Is het houdbaar?

Boudewijn: "Volkspopulairen zijn altijd na een of twee jaar af gegaan. Er zijn er ook die blijven en niemand weet waarom. Sinatra zingt precies hetzelfde als vroeger; hij is nog steeds "in". De Beatles zijn uitsluitend "in" omdat ze steeds veranderen. Ik geloof dat het wel belangrijk is niet te lang hetzelfde te doen".

AFSTAND
Dat is één van zijn drie basisgedachten. De twee andere: er rekenschap van geven voor wie je aan het zingen bent en jezelf blijven. Als een soort vluchtheuvel heb je dat nodig: er altijd maar voor zorgen dat het je tenslotte niets doet - dat je niet gekwetst kan worden. Het is voor mezelf geweldig belangrijk afstand te nemen en te houden. Zingen en succes hebben moet je als twee aparte zaken zien".
- Betekent dit dat succes hem niets doet?

Boudewijn: "Nee, natuurlijk niet, het is gewoon onzin om te zeggen dat het me niks kan schelen als ik geen succes heb. Dat wil iedereen hebben en daar doe je ook je best voor; succes wil je zo lang mogelijk bewaren. Maar je moet je wel constant voorhouden dat het vliesdun is en als je erover aait, springt het kapot".
Het is een zelf bescherming die gesymboliseerd is in een verhuizing van Amsterdam naar Weesp. Hij woont daar met Anneke en twee kinderen Op een flat. Een auto - "als ik ooit m'n rijbewijs haal" - moet straks het zelf gewilde isolement naar behoeven doorbreken. De samenwerking met tekstschrijver en Haarlemmer Lennaert Nijgh is door de verhuizing niet minder geworden en is "dus" nog even frustrerend als vroeger.

JALOERS
Boudewijn: "Ik voel me soms diep triest, jaloers, zelfs op mensen als Johnny Hoes. Ik zou het niet willen wat hij doet, maar ik zou het ook nipt kunnen. Ik kan gewoon geen tekst schrijven. Ik ben ook jaloers op Lennaert en Bob Dylan. Van Dylan durf ik geen plaat meer op te zetten, ik ga hem haten. Het is de angst weer geconfronteerd te worden met het feit dat ik het niet kan".
Boudewijn de Groot blijft het proberen: "Misschien dat ik te maagdelijk ben, dat ik een flinke vent nodig heb die het vlies doorbreekt. Het hoeft geen tekst te zijn, ik zou ook wel een roman willen schrijven. Ik wil wel eens wat anders doen. Je staat daar op het toneel en zingt. Nou ja, die muziek is dan van jou, maar verder gebeurt er niks. Ik ben niet onafhankelijk genoeg. Soms ga ik zitten proberen, zonder enig resultaat, dat werkt frustrerend. Ik moet altijd alles meteen tot in de perfectie hebben".

Zo ondergaat Boudewijn de Groot - met gemak - de gevolgen van de wankele status die ster heet.
Hij geniet er zelfs van, maar doseert het met mate. Hij zal pas werkelijk blij zijn als hijzelf een liedje heeft geschreven.


Omhoog
Terug