De column van TOPSCORER

Mijn Haarlemse muziekhelden en HFC Haarlem

auteur: Koos Schipper
geplaatst in: Topscorer, november 2008

Voor mij als dorpsjongen uit de kop van Noord-Holland is Haarlem niet alleen een synoniem voor voetbal. Het is ook de stad van mijn muziekhelden Boudewijn de Groot en Lennaert Nijgh. Vandaag , 28 november 2008, tijdens Haarlem - Veendam is het precies zes jaar geleden dat liedjesschrijver Lennaert Nijgh na een kort ziekbed overleed. Ik vroeg me af of Boudewijn en Lennaert iets hadden met voetbal in het algemeen en HFC Haarlem in het bijzonder. De voorboden zijn ongunstig. Alleen in het nummer Jimmy (Hoe sterk is de eenzame fietser) wordt er gerefereerd aan voetbal. De strofe 'Als-ie maar geen voetballer wordt, ze schoppen hem misschien half dood' is echter niet van de hand van Lennaert Nijgh.
Deze tekst spookt vast nog wel eens door het hoofd van Joop Gall, de huidige trainer van de tegenstander van vanavond. Op zaterdag 1 mei 1999 kwam hij als Veendamspeler ongelukkig in botsing met Haarlemmer Carlos Haisselbank. Hij raakte zwaar geblesseerd, waarmee er direct een einde kwam aan zijn actieve voetbalcarriëre. Sowieso heeft Joop Gall geen goede herinneringen aan het Haarlemstadion. Als trainer van Veendam wist hij nimmer de drie punten mee terug te nemen naar Oost-Groningen. En dat wil Haarlem graag zo houden!
Maar nu terug naar mijn muziekhelden. Boudewijn de Groot haalt eigen voetbalherinneringen op en laat zijn licht schijnen over het profvoetbal in Haarlem.


Waren Lennaert en jij in voetbal geïnteresseerd?
'Lennaert niet, maar ik heb als jochie van acht gevoetbald bij HFC, de Koninklijke dus. Van '53 tot '58. Van de ene op de andere dag ben ik gestopt vanwege een oorontsteking. We moesten uit tegen Hoofddorp, op een zeer gure, regenachtige zaterdagmiddag. Een aardappelveld naar mijn gevoel, ergens midden in de weilanden. De wind gierde er dwars overheen. 's Avonds kreeg ik een verschrikkelijke oorpijn, die de hele nacht duurde en ik riep tegen mijn moeder dat ik nooit meer ging voetballen. Ik heb geen stap meer op een voetbalveld gezet, tenminste niet voetballend. Overigens heb ik nog wel een van mijn allermooiste doelpunten gemaakt tegen EDO, in de korte hoek na een flitsende aanval. Een gaatje waar nog geen muis door kon, maar ik prikte hem loepzuiver langs de keeper. Heb ik daarna ook nooit meer gepresteerd. Tegen een jeugdelftal van Haarlem hebben we nooit gespeeld.'

Ging je wel kijken naar Haarlem?
'Tuurlijk. Ik ben er in mijn jeugd vaak wezen kijken, toen alles nog veilig was op de tribune, al moest ik mijn HFC-sjaal natuurlijk wel thuis laten. Maar heimelijk vond ik het eerste van Haarlem beter dan dat van HFC, tenminste de wedstrijden waren vaak boeiender, omdat ze natuurlijk ook tegen betere tegenstanders speelden. Mijn hart was voor HFC, mijn verstand voor Haarlem, zal ik maar zeggen. En later, toen ik inmiddels een bekende zanger was geworden, kwam ik er ook nog wel. Er zaten ook af en toe fans op de tribune en dan werd ik geroepen en kreeg een glas bier van ze of zo. Dat was eigenlijk best gezellig, hoewel ik geen bier dronk. Dus ik nam meestal cola. Ik kende geen namen van spelers, zo vaak kwam ik er nou ook weer niet, maar als ik er was juichte ik bij ieder doelpunt. Dat mocht trouwens ook wel, na de gratis cola's.'

Kom je nog wel eens in het Haarlem-stadion?
'Nee, nooit meer. Ik kom niet meer in grote stadions. Ik vind de kwaliteit van het voetbal in Nederland ook niet meer zo boeiend. Voor de nostalgie kom ik nog wel eens bij HFC, maar een seizoenkaart zal ik nergens meer kopen, zelfs niet bij HFC Haarlem. Ik hoop natuurlijk wel dat ze eredivisie gaan spelen, maar dan zullen ze een rijke sponsor met een goed hart nodig hebben, die enthousiast is en wat lef en vooral uithoudingsvermogen heeft. Maar kom daar maar eens om in Haarlem.'

Topscorer is het wedstrijdprogrammaboekje van de voetbalclub HFC Haarlem.

Koos Schipper (44) is woonachtig in het Noordhollandse Westwoud. Halverwege het seizoen 1976/77 nam zijn Haarlemse "ome Roel" hem mee naar Haarlem - AZ (2-1) en sindsdien is Haarlem zijn club. Hij is al jarenlang lid van de supportersvereniging en volgt Haarlem via de media op de voet. In 1997 was hij samen met ome Roel aanwezig in Moskou tijdens de memorialwedstrijd Spartak Moskou - Haarlem.


Omhoog
Terug