Capitulatie van Japan herdacht.

Weer meer mensen bij herdenking 15 augustus 1945

auteur: Maaike Oppier, foto: Theo Böhmers
geplaatst in: Haagse Courant, 16 augustua 2002


Bij het Indisch Monument in Den Haag is gisteren de capitulatie van Japan op 15 augustus 1945 herdacht. Met premier Balkenende, Boudewijn de Groot en weer méér – duizenden – belangstellenden. Een in verschillende opzichten warme bijeenkomst.

DEN HAAG | Boudewijn de Groot is een kampkind, gonst het bij het Indisch Monument. Een aantal mensen wist het al, anderen niet. Zanger/acteur Boudewijn de Groot was twee toen hij vanuit 'een geteisterd en dolend Indië' naar Nederland kwam. "Hoewel in de oorlog geboren, ken ik deze alleen maar van herdenkingen. Van avonden waarop het om klokslag acht uur altijd windstil werd. En altijd ging het over de oorlog in het land waar ik nu woon. Aan de oorlog in het land waar ik vandaan kwam, werd slechts vaag gerefereerd", zegt De Groot tijdens de voordracht die hij houdt bij de jaarlijkse herdenking van de capitulatie van Japan bij het Indisch Monument bij de Waterpartij in Den Haag. In zijn gehoor premier Balkenende, minister van defensie Korthals, staatssecretaris Ross van volksgezondheid, welzijn en sport, leerlingen van het Vrijzinnig Christelijk Lyceum (VCL), die het monument hebben geadopteerd, en duizenden directbetrokkenen, nabestaanden en belangstellenden.                                      Zanger/acteur Boudewijn de Groot haalt                                                                                                                                                                                                                                                            als kampkind een lied aan dat hij voor zijn                                                                                                                                                                                                                                        in juni 1945 overleden moeder schreef.

Een vrouw veegt tranen uit haar gezicht als De Groot citeert uit een lied dat hij samen met een vriend schreef 'voor mijn eigen dodenherdenking'. "De dodenherdenking van mijn moeder, 22 juni 1945. Nederlands-Indië, m'n moeder, Ik mis ze soms, maar ik weet er weinig van". Boudewijn de Groot omschrijft het als een lied van een kind zonder moeder voor een moeder zonder kind. "Een facet van de oorlog samengevat in één zin. En wellicht dat ik ooit, oud en verteerd, op het laatste momen nog als een kind zal roepen: 'Ik wil mijn moeder terug!'" Instemmend geknik vanonder de volle zon op het grasveld bij het monument.

Winnie Sorgdrager

Tweeduizend stoelen zijn er neergezet, vijfhonderd meer dan vorig jaar, en allemaal zijn ze bezet. Naast de stoelen vele honderden mensen die de ceremoniële kranslegging volgen. Tijdens de bijeenkomst in het Nederlands Congres Centrum, traditiegetrouw vóór de kranslegging, heeft oud-minister van justitie Winnie Sorgdrager – haar vader werd door de Japanners gedwongen aan de Birmaspoorlijn te werken en haar moeder heeft in een kamp gezeten – in een toespraak een beeld gegeven van die tijd. "Ik ben er dankbaar voor dat ik heb kunnen studeren. Ik weet dat er veel vrouwen zijn, zoals mijn moeder, die eigenlijk geen jongemeisjestijd hebben gehad. Met 14 jaar in het kamp, op je 18de eruit, met 19 getrouwd en nog voor je 21ste een kind. Een man die moet studeren, maar heel veel ziek is, als gevolg van de oorlogstijd".
Sorgdrager vertelt over haar beide zonen die in Japan het museum in Hiroshima bezochten dat is gewijd aan de atoombom. Ze misten er de context, waarin de bom is gevallen. "Geen melding van Pearl Harbour, niets over Indië. Het is jammer dat op deze manier Japanse jongeren onvoldoende worden geconfronteerd met hun eigen geschiedenis. Dat die gecompliceerd is, moet daarvoor geen beletsel zijn. Ook onze geschiedenis is dat. In Nederland waar we ook nog steeds bezig zijn met de verschillende aspecten van onze verhouding tot Duitsland en de Duitsers. In Indonesië, waar onze vrijheid werd afgenomen door de Japanners, maar waar we zelf ook de rol van koloniale mogendheid vervulden. Waar we – terecht – onszelf nu kritisch bekijken en ons afvragen of we toen met het begrip 'menselijke waardigheid' zo zijn omgegaan als we nu van anderen vragen daarmee om te gaan. Een zoektocht, die niet moet eindigen in een schuldcomplex, maar in een volwassen manier om met andere culturen om te gaan". Na de voordracht door Gilius Grutterink, leerling van het VCL, het Indisch Onze Vader, het luiden van de Indische Klok, één minuut stilte, het hijsen van de vlag en het Wilhelmus, wordt een groot aantal kransen gelegd, waaronder die door betrokkenen en premier Balkenende en staatssecretaris Ross namens de regering. Het reclamevliegtuigje met een spandoek van
http://www.svjappenkamp.nl/ – van de Stichting Vervolgingsslachtoffers – is dan al uit het zicht verdwenen.


Omhoog
Terug