Zondag 11 juli is de Belgische hoofdstad Brussel traditiegetrouw weer één dag Vlaams.
Wie dan de hoofdstad bezoekt, stoot op allerlei pleinen op theater, muzikanten, of
dichters. Onder de naam De Gulden Ontsporing viert de Vlaamse Gemeenschap zijn
11-julifeest.
Het gebeuren mondt 's avonds uit in een grote happening op de Grote Markt van Brussel.
Daarin is de Haarlemse singer-songwriter Boudewijn De Groot de centrale gast. In een bijna
drie uur durend programma ontvangt hij Vlaamse collega's als Raymond Van het Groenewoud,
Laïs, Mich Walschaerts, Jo Lemaire en Admiral Freebee. Het lijkt verstandig om vroeg
genoeg af te zakken naar de Grote Markt, want die wordt vanaf 10.000 bezoekers afgesloten.
De dag wordt ondersteund door de Vlaamse gemeenschap, de Vlaamse gemeenschapscommissie
Brussel, het Brussels Gewest en de stad Brussel. Het budget bedraagt 500.000 euro,
waarvan 300.000 euro gaat naar de slothappening op de Grote Markt. De coördinator daarvan
is Jari Demeulemeester, de directeur van de Ancienne Belgique.
- Wat is het doel van deze Gulden Ontsporing?
Jari Demeulemeester: Vroeger hadden we in Brussel traditioneel een 11-juliviering.
Toen werd Brussel een strijdtoneel waarin Vlaanderen zijn eisenpakket kwam verkondigen.
Tien jaar geleden leidde dat tot incidenten tijdens een optreden van Willem Vermandere.
Daaruit is de vraag gekomen om iets nieuws te creëren: geen politiek gebeuren, maar een
feestelijke happening. Die bestaat sinds 1997, en heet sinds 2000 De Gulden Ontsporing.
- Cultuur in plaats van politiek, dus.
En gratis. Niet zo lang geleden was er nogal wat te doen rond de vraag of gratis cultuur
eigenlijk zin had. Wel, hiermee wil ik aantonen dat het wel kan. We zetten niet zomaar
een artiest op een podium, maar we maken van het concert iets heel speciaals. Wie op 11
juli naar Brussel komt - zonder de bedoeling om een concert of zo te willen zien - komt
toch op een positieve manier met cultuur in aanraking. Dat noem ik democratisering.
Op allerlei plekken beleef je interessante, nieuwe cultuurvormen. Enkel de plastische
kunsten ontbreken: dat is iets wat we volgend jaar absoluut moeten opnemen.
- De centrale gast is Boudewijn De Groot. Een Nederlander speelt de hoofdrol op een
Vlaams feest.
Dat heeft deels te maken met het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie,
en deels met onze gemeenschappelijke geschiedenis van het Nederlands. Maar Boudewijn is
ook een klasseartiest en ik beschouw hem als een halve Belg. Hij heeft met zijn liedjes
vier generaties bereikt, en staat vandaag nog even sterk als vroeger.
- Twee jaar geleden diende de Grote Markt al vroeg te worden gesloten wegens te veel
volk. U stelde toen hardop de vraag of dit soort massa-evenementen eigenlijk nog konden
in de binnensteden.
Die vraag blijft bestaan. De overrompeling van steden neemt soms angstwekkende vormen aan.
Maar moet je daarom iedereen weer naar een weide jagen - waar overigens ook problemen
kunnen ontstaan? Ik vind ook dat de Gentse Feesten wat moeten ontvetten, maar ik weet niet
of we al in het rood zitten. Blijkbaar willen mensen toch graag massaal samenkomen in
steden, zoals bij het carnaval in Rio.
- Heeft zo'n evenement voor hooguit 10.000 mensen wel zin? Gaat daar een lang werkend
effect van uit?
Ik ben blij dat de VRT dit jaar na het tweede journaal al een ruime samenvatting brengt.
Vorig jaar kregen we twintig minuten. Nu zijn het er vijftig, en daarvoor dank ik Tony
Mary. Veel meer mensen kunnen dit zien. We krijgen ook veel reacties, tot bij de
Franstalige pers, die nu wel doorheeft wat er te gebeuren staat. Maar het belangrijkste
blijft dat je mensen die gewoon naar Brussel afzakken in contact brengt met cultuur die
ze nog niet kenden. Daarover gaat het nu.
|
|