Marcel de Groot

Liedteksten


Discografie Projecten





Omhoog

How to survive a broken heart

Titelsong gelijknamige film 1991
Boudewijn de Groot / Marcel de Groot
How to survive a broken heart?
How to console a soul that's crying?
No friends around and worlds apart,
no future ahead, your past is dying.
You always used to be smart
but how to survive a broken heart?

Living in the fast lane on the left side of the road,
could it be the fast lane?
Will the world around you explode
thinking of your life going by
like the street beneath the wheels?
Trying to tell yourself how good it feels,
suddenly you see her
and it's time to slow down.
But she will tell you: no way,
maybe the next time around.

How to survive a broken heart?...

Living in the lonely city far away from home,
telling everybody about
the good times you've never known.
Thinking of your life going by
like a train on endless tracks,
running on and never coming back.
Suddenly you see her
like an island in the sun,
and you know the answer to
your questions has finally come.

How to survive a broken heart?...


Omhoog

Telkens weer

CD Marcel de Groot 1992
Boudewijn de Groot / Ernst Jansz
copyrights: Hans Kusters Music
Nu lig je naast mij en je slaapt,
ik hoor je ademhalen.
En in het vroege morgenlicht
zie ik voor het eerst je kamer.

Je bent zo warm, je bent zo zacht,
je arm ligt op mijn schouder.
Je bent zo lief geweest vannacht.
Ik heb van je gehouden.

En ik wou dat ik je zeggen kon:
ik blijf voor altijd bij je.
Dat ik me van die dwaze drang
naar vrijheid kon bevrijden.
Telkens weer denk ik
aan je ogen bij het afscheid.
Telkens weer wil ik bij je zijn.
Oh telkens weer denk ik:
ik ga weg en nu voor altijd.
En ik weet: het doet je pijn.

Ik weet dat ik nog jaren
naar je kamer zal verlangen.
En naar de platen die je draaide,
tranen op je wangen.

Zoals je naar mij luisterde,
en fluisterde ik snap je.
Zoals we samen lagen,
samen lachten om een grapje.

Oh ik wou dat ik nog een keer
een zo'n nacht met je kon delen.
Je armen om me heen,
je zachte handen die me strelen.

Telkens weer denk ik aan je ogen...

Telkens weer...

Nu lig je naast me en je slaapt,
ik hoor je ademhalen.
En in het vroege morgenlicht
zie ik voor het eerst je kamer.

Mmm je bent zo warm, je bent zo zacht,
je arm ligt op mijn schouder.
Je bent zo lief geweest vannacht.
Ik heb van je gehouden.

En ik wou dat ik je zeggen kon:
ik blijf voor altijd bij je.
Dat ik me van die dwaze drang
naar vrijheid kon bevrijden.

Telkens weer...
Telkens weer...


Omhoog

De veerman

CD Manen kweken 1995
Lennaert Nijgh / Marcel de Groot
copyrights: Hans Kusters Music
De weg vergist zich in de verte
en volgt niet langer de rivier.
De straat is het water ingelopen
en de tijd gaat verder, maar niet hier.

Door nevels als het daglicht dooft
roeit vlug de veerman naar het land.
Een masker op zijn achterhoofd
omdat 't feest is aan de overkant
waar het nieuwjaar is
en januari.

Ik vraag me af met welk gezicht
kijkt hij vooruit of kijkt hij terug.
Zie ik zijn kop, zie ik zijn rug?
Komt ooit de overkant in zicht
waar het nieuwjaar is
en januari?

Ik ben verdwaald maar vlak bij huis,
ik wil hier weg maar wil niet terug.
Misschien kom ik zo nooit meer thuis,
ben ik voorbij de laatste brug.


Omhoog

Vrede

CD Manen kweken 1995
Lennaert Nijgh / Marcel de Groot
copyrights: Papa's Music
Een doodgewone dag, ik zag de mensen
als mussen zitten op een warm terras,
onrustig en vol onvervulde wensen.
Zou niemand weten dat het vrede was?

Oorlog is een film in verre landen
of iets waar opa over zeurt.
De wereld is gewapend tot de tanden
en wacht totdat er eindelijk iets gebeurt.

Vrede wordt door niemand nieuws gevonden,
gewoon onzichtbaar, zoals vensterglas.
En niet voordat de scherven ons verwonden
zullen wij weten dat het vrede was.

Vandaag weer niets gebeurt, ik zie de mensen
als mussen zitten op een warm terras,
onrustig en vol onvervulde wensen.
Zou niemand weten dat het vrede was?


Omhoog

Wachten op de trein

CD Manen kweken 1995
Lennaert Nijgh / Marcel de Groot
copyrights: Papa's Music
Ben jij mijn stad, zo koud en kil,
je grachten en je straten,
van God en mens verlaten,
je kroegen leeg, je klokken stil.
Het is zo vroeg, nog nauwelijks licht,
ik hoor de vogels fluiten.
Ik ril en stap naar buiten
en de deur slaat als een valbijl dicht.

Het is lente en ik moet vrolijk zijn.
Maar na een nacht als deze
kan ik slechts dronken wezen
en wachten op de eerste trein.

Hoe kan een nacht zo donker zijn,
zal ik het ooit vergeten?
Ik had het kunnen weten
dat dit de laatste keer zou zijn.
Toch had ik nooit nee nee nooit van jou gedacht
dat jij na al die dagen
me zo maar weg zou jagen.
Wat had je dan van mij verwacht?

Ik voel me naakt hier op dit plein
dat in de vroege morgen
nog voor geen troost kan zorgen,
dus rest me slechts de eerste trein.

Ik ben alleen en zo alleen
blijf ik met al mijn zorgen.
Hier in de kille morgen
ga ik gewoon maar ergens heen.
Hoe erg ik alles nu ook vind,
ik zal je wel vergeten,
want nu pas kan ik weten,
niet nee niet ik, maar jij was nog een kind.

Toch konden wij gelukkig zijn
zolang totdat we samen
tot de ontdekking kwamen:
we nemen niet, o nee we nemen niet dezelfde trein.


Omhoog
Menu